De uitleg van meneer Maathuis over de IJstijden in Europa heeft een onuitwisbare indruk op me gemaakt. Meneer Maathuis had kinderverlamming gehad en één zwabberhand, die hij altijd heel druk liet zwabberen tijdens zijn uitleg. En een zwabberbeen. De IJstijden over Europa legde hij uit met een ontroerend mooie dans voor de klas, met zwabberarm en zwabberbeen.
"Toen kwam het ijs weer wat verder naar het zuiden, dat heette de Kleine IJstijd, en toen trok het zich weer wat terug naar het noorden. En toen... (zwabberdezwabber) toen ging het heel ver zuidwaarts, toen kwam het zelfs bij Nederland, Drenthe zoiets."
Van onze school is een heel groot percentage leerlingen 'iets met aardrijkskunde' gaan studeren. Mijn eigen plan was Culturele Antropologie, maar dat is doorkruist door Lilian Quirke, mijn docente Graphic Design op het De Anza College in Californië.
Die kon net zo enthousiast met armen en benen uitleggen waarom een kapitale C zo'n mooie ronding had.
En op de Rietveld Academie was het typografie docent Gerard Unger die met prachtige armbewegingen het verschil kon uitleggen tussen de 'wulpse ronding' van de onderkast g van bijvoorbeeld de Gill Sans en de Univers.
Ik heb ze alledrie gekopieerd in mijn lesgeven. Ik ben heel erg fysiek met mijn uitleggen. Armen en benen dus.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten